Gamen en ADHD zelfmedicatie van ons brein?

Ons brein bestuurt samen (en dat is pas sinds kort bekend) met onze darm, onze emoties en gedachten. Ons brein motiveert ons, beloont ons voor goed gedrag, maakt dat we actie ondernemen en remt ons weer af. Om goed te kunnen werken moeten er voldoende ingrediënten aanwezig zijn zodat ons brein al die acties kan inzetten en weer tot rust kan komen. Is er te weinig van iets, probeert het brein een alternatieve leverancier te zoeken, om alsnog zijn acties uit te kunnen voeren. Gamen en sociale media vormen met name bij kinderen met AD(H)D alternatieve bronnen van de belangrijke neurotransmitter dopamine.

Dat deze alternatieve leveranciers niet altijd de beste leveranciers zijn, maar een onbewust gekozen zelfmedicatie van het brein, daarover gaat dit artikel.

Wat heeft ons brein nodig voor zijn acties:

Een belangrijk onderdeel om ons brein te laten werken zijn neurotransmitters. Neurotransmitters bepalen hoe zenuwcellen in onze hersenen met elkaar praten. Net als vroeger, waar de telefonistes door het omschakelen van een paar knoppen een telefoonverbinding konden aanmaken, maken neurotransmitters verbindingen tussen cellen aan en geven prikkels door.

Sommige neurotransmitters werken stimulerend. Ze zorgen ervoor dat prikkels verder worden doorgegeven. Ze maken ons alert, klaar voor actie. De belangrijkste stimulerende neurotransmitter is glutamaat. Andere neurotransmitters brengen ons juist tot rust. Ze zorgen ervoor dat de prikkel niet verder wordt doorgegeven. De belangrijkste remmende neurotransmitters zijn glutamine en GABA. Dopamine is weer een andere neurotransmitter die misschien bekender is dan de drie bovengenoemde. Het kan beide effecten veroorzaken, afhankelijk van de cellen en de receptoren waarop het aandokt (metabotropic receptors).

Wat doet dopamine:

Dopamine zorgt ervoor dat we ons kunnen concentreren, op doelen afstevenen en misschien nog belangrijker, het bepaalt onze drijfveer (motivatie). Dopamine is ons ingebouwd beloningssysteem. Doen we iets, of bereiken we iets wat fijn is, zoals een wedstrijd winnen, een berg beklimmen, de promotie halen, dan maakt het brein dopamine vrij. Het gevolg is dat we ons blij en gelukkig voelen. Die beloning hebben we nodig. Als je het vanuit het oogpunt van de evolutie bekijkt, is het van belang dat wij gemotiveerd zijn om te leren, te ontdekken, door te zetten, omdat het bijdraagt aan het overleven. Goede acties, die voor het overleven van de mensheid van belang zijn, zoals voortplanten en een succesvolle jacht, worden beloond met een gevoel van geluk.

Dopamine wordt echter niet alleen maar aangemaakt als we winnen, maar ook als we eten (met name zoet), drinken (met name alcohol, koffie en frisdrank), iets kopen (dit moet ik hebben), of super spannende dingen doen, zoals bungeejumpen, racen, gokken, ruzie maken, horrorfilms kijken, of drugs gebruiken. Onze evolutie heeft met al deze verleidingen geen rekening gehouden. Hetzelfde stofje dat bijdraagt aan ons overleven, draagt nu jammer genoeg ook bij aan onze verslavingsgevoeligheid.

Dopamine en de achterkant van geluk


Dopamine geeft ons het vooruitzicht van een fijn gevoel, zo van “oh, wat mooi”. Is het gevoel echter nog beter dan we verwacht hebben (voorspellingseffect), zo van “yes, top, gaaf”, dan onthoudt ons brein dit bijzondere moment. Als verwachting en wat wij daadwerkelijk krijgen juist niet op elkaar aansluiten, als iets beter is dan verwacht, komt er meer dopamine vrij. Hoeveel dopamine wordt opgewekt, heeft dus ook met onze verwachting te maken. Die extra hoge dopamineaanmaak maakt dat zodra dit bijzondere gevoel wegzakt, wij liefst alles aan willen doen om het direct terug te krijgen (1)

Maar doen we dezelfde actie opnieuw, dan sluit onze verwachting al aan bij de ervaring die we krijgen. Zo is er uiteindelijk meer nodig om dezelfde voldoening weer te bereiken. Dus doen we hetzelfde maar intensiever, ingewikkelder, sneller, grappiger, harder.

We willen nog een keer winnen, succes behalen, een marathon lopen. We willen meer chocola, suiker, sigaretten, alcohol, koffie of drugs. Ook handelingen zoals shoppen, eten, gamen, ruzie maken en gevaar opzoeken kunnen hetzelfde verlangen naar meer oproepen.

Die behoefte (ik wil meer) is door de media, internet, supermarkten, winkels en advertentiemakers nauwkeurig bestudeerd en wordt benut om ons meer te laten kopen, willen hebben en doen dan we van plan waren. Daarom moeten we ons brein regelmatig beschermen tegen te veel invloeden van buitenaf.

Waarom mensen met AD(H)D en autisme de grootste gevaar lopen om slachtoffer te worden van de eigen dopamine behoefde:


We zijn allemaal vatbaar voor deze triggers en kunnen wel wennen aan de dopamine rush die dagelijks op ons wacht in deze moderne wereld. Wie echter bijzonder gevoelig is voor de behoefte aan meer dopamine zijn mensen die van nature een tekort aan dopamine hebben.

Zo worden ADHD, autisme, schizofrenie, bipolaire stoornis, bepaalde vormen van depressie (dopaminerg) en burn-out gelinkt aan dopamineproblemen. (2) (3) (4)

Is er te weinig dopamine, leidt dat onder andere tot slechte concentratie, weinig motivatie, apathie, minder enthousiasme, angst en vermoeidheid.

Ons brein probeert dat op te lossen en te herstellen om zo snel mogelijk weer terug in evenwicht te komen. Het herkent goede bronnen van dopamine en maakt dat we deze bewust opzoeken. Zelfmedicatie van het brein wordt dit genoemd. Het maakt mensen met een tekort aan dopamine vele malen vatbaarder voor verslavingen zonder dat zij zich daarvan bewust zijn.

AD(H)D en dopamine en gamen:

De meest voorkomende vormen van AD(H)D (Klassiek ADD/ADHD, Onoplettend ADD zie artikel 7 vormen van ADHD) hebben als belangrijke overeenkomst een tekort aan dopamine. Hierdoor wordt het moeilijk om voor de gewone, zich dagelijks herhalende, werkzaamheden en taken motivatie op te brengen.

Vaak worden deze taken dan ook uitgesteld. Bijvoorbeeld leren, of iets klaarmaken voor een deadline, wordt opgeschoven tot de laatste minuut. Hierdoor bouwt zich de interne druk en bijbehorend adrenaline niveau zo op, dat er op het laatst toch voldoende dopamine aangemaakt kan worden. Dat helpt om over die drempel te komen en eindelijk aan de slag te gaan. Vaak zijn degenen die deze vormen van AD(H)D hebben, ook meesters in dingen uitstellen. Lukt het niet om voldoende dopamine aan te maken, eindigen goede plannen vaak half afgemaakt op de berg van goede bedoelingen die niet zijn doorgevoerd.

Door het tekort aan dopamine ervaren veel mensen met AD(H)D minder voldoening bij het afmaken van niet zo boeiende taken. De behoefte aan voldoening blijft onbeantwoord. Daarom gaat het brein op zoek naar activiteiten waar deze beloning wel voelbaar is. Sommige zoeken stressrijke situaties op waar ze excelleren. Anderen zoeken permanent naar afwisseling, sterke prikkels, actie, genotsmiddelen of gewoon ruzie om een kick te krijgen die doordringt.

Overprikkeling (door gamen) en verveling horen bij elkaar:

Verveling is een bijverschijnsel van hetzelfde mechanisme. Als de motivatie ontbreekt, ligt verveling veel sneller op de loer. Verveling maakt dat het brein aan de bel trekt en naar oplossingen zoekt om dopamine weer aan te vullen. Dat leidt tot een piek aan dopamine, gevolgd door een dip, en zo is de cirkel rond. Taken die beloning op lange termijn beloven zijn al helemaal niet geschikt om een acuut tekort aan te vullen en worden direct uitgesloten.

Dezelfde gevoeligheid bestaat bij autisme en veel andere mentale aandoeningen. Maar het is niet alleen een tekort aan dopamine dat een rol speelt. Als dopamine het gaspedaal is dat wij nodig hebben om in beweging te komen, dan is er ook ergens een rem die moet zorgen dat we op tijd weer stil staan, en deze rem is onze prefrontale cortex.

Wat als de rem ontbreekt, disfunctioneren van de prefrontale cortex:

We willen allemaal wel wat. We willen meer, vaker, leuker, hoger, gas geven, maar er is ook een stem in ons die vraagt: is dat wel wijs, zou je dat wel echt moeten doen, kopen, eten…? Deze stem komt van onze directeur, die vooraan in de hersenen zetelt, de prefrontale cortex. De directeur bepaalt of een actie wel nuttig is of niet, hij houdt ons tegen als we domme dingen willen doen. Hij zet ons aan het werk als iets afgemaakt moet worden. Hij vormt het geweten dat alles tegen het licht houdt en beoordeelt. (5)

Werkt het voorste gedeelte in de hersenen niet goed, dan ontbreekt de rem. De stem die ons tegen zou moeten houden, de impulscontrole, is stom. Dan gaan we ongehinderd door met dingen doen die misschien slecht zijn voor onszelf. Dan worden we mateloos of roekeloos en kunnen niet meer op tijd stoppen. Gaan te ver, gaan over onze eigen grenzen tot we instorten.

AD(H)D en gamen als de directeur in de hersenen slaapt:

Bij AD(H)D en bepaalde vormen van autisme bijvoorbeeld is er niet alleen een dopamine tekort, maar werkt de prefrontale cortex ook slecht. Gevolg is een grote behoefte naar beloning en een ontbrekende rem. Een uitermate slechte combinatie!

Een vaak gemiste oorzaak waarom de rem niet werkt:


Een andere belangrijke oorzaak voor slecht functioneren van de prefrontale cortex zijn hersenschuddingen of mild/zwaar traumatisch hersenletsel. Van het speeltoestel- of uit een boom vallen, de stoep missen met de fiets, vaak kopballen bij voetbal, een ongelukje op het ijs, een auto-ongeluk, incidenten die we vaak snel weer vergeten. Het zijn allemaal incidenten die bij kunnen dragen aan een slapende directeur voor in de hersenen. Zonder supervisor, die voor de goede orde zorgt, dansen de emoties ongecontroleerd rond. Vaak zijn we het ongelukje of het valincident al lang vergeten maar vechten onbewust nog lang met de gevolgen daarvan. De controle op onze handelingen ontbreekt.

Gamen en sociale media als zelfmedicatie voor dopamine tekort:

Waar kun je nu beter aan instant beloning komen dan via sociale media (likes) en videogames (actie)? Wij zijn hier allemaal gevoelig voor. Maar zoals net beschreven, is de behoefte hieraan bij sommige mensen veel groter. Zo brengen jongens met AD(H)D of autisme volgens onderzoek vaak twee keer zoveel tijd door met gamen als jongens uit de vergelijkingsgroep. Omgekeerd geeft onderzoek aan dat een grote groep mensen die gameverslaafd zijn ook AD(H)D of autisme heeft. De ernstiger de vorm van autisme of AD(H)D, hoe ernstiger de gameverslaving en vice versa. De redenen hiervoor zijn waarschijnlijk divers, maar een belangrijke drijfveer is zeker dopamine. Eindelijk hebben de hersenen een manier gevonden om aan voldoende dopamine te komen.

Gamen is een snelle beloning, houdt je bij de les omdat er zoveel gebeurt, blijft interessant. Het geeft een veel grotere kick dan andere bezigheden door de beïnvloeding van de dopaminehuishouding in het brein. (6) (7) (8) (9)

Ook sociale media heeft invloed op dopamine. Bij elke reactie of “bliep” van de telefoon wordt een klein beetje dopamine vrijgemaakt, wat ervoor zorgt dat wij alle aan ons telefoon gekluisterd blijven en niet meer 5 minuten zonder kunnen. Een paar likes op ons eerste berichtje zijn een prettige ervaring. Mooier dan verwacht. Er zijn mensen die geïnteresseerd zijn in wat wij denken en doen. Maar een paar likes zijn op den duur zeker niet genoeg. We hebben meer nodig en doen gekkere dingen om likes te krijgen. Als alleen het getal nog interessant is, zijn we van interactie overgegaan naar verslaving. Alleen veel meer likes kunnen ons dopamine nog triggeren.

Gevolg van langdurige dopamine overproductie:

Net als bij insuline is het gevolg van een piek aan dopamine vaak een dip. De dip veroorzaakt een situatie waar de motivatie om iets te doen nog moeilijker is om op te brengen. Er wordt zoveel dopamine aangemaakt dat de receptoren moeten overwerken. Het gevolg is een signaal dat er minder dopamine aangemaakt moet worden en het aantal receptoren verminderd moet worden, zodat de cellen niet zo overprikkeld kunnen raken. Ook reageren gebieden in de hersenen (ventrale tegmentale gebied, de nucleus accumbens en de basale ganglia) minder op dopamine wat de kans op depressie of verslaving verhoogt.

De balans is zoek:

De verschillende neurotransmitters werken niet ieder voor zich. Het is een samenspel, een nauwkeurig op elkaar afgestemde balans tussen de verschillende neurotransmitters die ons brein probeert te handhaven. Wordt er te veel van een neurotransmitter aangemaakt, kan het evenwicht uit balans raken. Een dergelijke disbalans kan tijdelijk zijn, veroorzaakt door een bepaalde gebeurtenis, maar het kan ook permanent worden.

Zo is voor de dopamine-aanmaak (motivatie, voldoening) hetzelfde enzym (DOPA decarboxylase) nodig als voor serotonine (geluk en tevredenheid) aanmaak. Wordt er te veel dopamine aangemaakt, kan dat leiden tot een tekort aan serotonine, omdat er niet voldoende enzym aanwezig is om beide stofjes aan te maken. Ook de stofjes (bouwstenen) waaruit de neurotransmitters aan worden gemaakt, kunnen voor meerdere neurotransmitters nodig zijn. Als gevolg van langdurige dopamine-overproductie kan een serotoninetekort ontstaan met klachten als depressie en neerslachtigheid als gevolg.

De prijs, die wij betalen, zonder ons bewust van te zijn:

Omdat op den duur het dopamine-mechanisme verstoord raakt en de werking van het brein verandert, lopen wij vast.

Op grote schaal verandert ons vermogen om tevreden te zijn. De snelle, op grote beloning gefocuste bezigheden ontnemen ons de mogelijkheid om van kleine dingen te genieten. Kleine dingen kunnen hier nooit tegenop. Net als het moeilijk is om na pittig eten subtiele smaakverschillen te proeven, is het moeilijk om na een dopaminerush niet alles kleurloos te zien en verveeld te raken.

Op kleinere schaal maken de dipjes in dopamine het moeilijk om na het gamen nog motivatie op te brengen voor noodzakelijke dingen die minder dopamine leveren cq juist dopamine vragen, zoals huiswerk en leren. Het dopamine dat de motivatie daarvoor op moet leveren is reeds verbruikt. De reactie als we afgeleid worden of aangespoord worden om deze taken te doen, is geïrriteerd of zelfs agressief. Het brein is bezig om naar een ontsnapping te zoeken, hoe kan ik zo snel mogelijk terug naar het spelletje, de telefoon…

Als de directeur in de hersenen ook nog slaapt, is er weinig wat ons hier weer uittrekt.

Gezonde hersenen: Hoe kun je nu zorgen dat jezelf/ je kind niet overprikkeld raakt in een wereld vol van verleiding en dopamine boosters.

  1. Verandering begint met bewustwording. Wie niet weet dat er bij al deze verleidingen gevaar op de loer ligt en dat sommige kinderen en volwassenen meer gevaar lopen, kan niet naar handelen. Nu wordt natuurlijk niet iedereen direct gameverslaafd. Maar omdat we ons hier niet van bewust zijn, gaan we met potentieel verslavend gedrag wel veel te makkelijk om. Het is daarom belangrijk om ons gedrag/het gedrag van onze kinderen regelmatig tegen het licht te houden en te kijken of we nu in de gevarenzone zitten of niet.
  2. Wees zuinig en voorkom dat je overprikkeld of uitgeput raakt. Beperk het gebruik van permanent stimulerende apparaten zoals smartphones, computers, playstations, maar ook activiteiten zoals shoppen, risicovolle activiteiten, overmatig sporten, eten…(10)
  3. Zorg voor voldoende rust en ontspanning. (slaaphygiëne, geen smartphone in de slaapkamer, computergebruik voor het slapengaan). Doe aan meditatie, beweging, mindfulness als tegenwicht voor alle prikkels die je binnenkrijgt.
  4. Oefen je in dankbaarheid voor kleine dingen, juist als compensatie voor alle die onbevredigende gevoelens van “ik moet hebben…”, dan word ik gelukkig, pas als ik dat en dat heb gedaan dan…, pas als dat en dat is gebeurd dan…. En ja, het klinkt zweverig (sorry), maar het helpt ons waarnemen wat we hebben, kleine dingen waarnemen die anders ondergaan in stressen en moeten.
  5. Zorg voor voldoende bouwstenen voor dopamine in je voeding, zoals kip, kalkoen, vis, schaal- en schelpdieren, avocado, amandelen, pompoen, sesamzaad, kurkuma, groente zoals bieten of artisjokken, olijfolie en groene thee en donkere chocola.
  6. Beperk voeding die dopaminepieken veroorzaakt en daarmee voor uitputting van dopamine zorgt, zoals suiker en snelle koolhydraten en frisdrank.(11)

Bronnen en inspiratie:

1. Why disappointment is so devastating: Dopamine, addiction, and the headonic treadmill Maia Szalavitz OCT 11, 2016 Pacific Standard https://psmag.com/news/why-disappointment-is-so-devastating-dopamine-addiction-and-the-hedonic-treadmill

2. Poor Neurotransmitter Activity Linked to Mental Illnesses (2010 ) mental health https://www.elementsbehavioralhealth.com/mental-health/poor-neurotransmitter-activity-linked-to-mental-illnesses/

3. Dopamine and depression (1993) Brown AS, Gershon S. https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/8099801

4. A Dopamine Hypothesis of Autism Spectrum Disorder (2017) Pavăl Dhttps://www.karger.com/Article/FullText/478725

5. Improving prefrontal cortex activity could help autistic people regulate emotions (2015 )UNC School of Medicine https://www.news-medical.net/news/20150128/Improving-prefrontal-cortex-activity-could-help-autistic-people-regulate-emotions.aspx

6. Smoking, ADHD, and Problematic Video Game Use: A Structural Modeling Approach (2017) Hyo Jin Lee http://scholarsrepository.llu.edu/cgi/viewcontent.cgi?article=1442&context=etd

7. Emerging association between addictive gaming and attention-deficit/hyperactivity disorder. (2012) Weinstein A, Weizman A. https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/22843540

8. Pattern of video game use in children with attention-deficit-hyperactivity disorder and typical ( 2018) development. Kietglaiwansiri T, Chonchaiya W. Pediatr Int. https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/29573063

9. Video game addiction common in autistic boys (2013) Micah O. Mazurek, Christopher R. Engelhardt http://pediatrics.aappublications.org/content/132/2/260

10. How do frequent emails and texts affect productivity? (2012) Annie Murohy Paul (research University of London) https://appliedpsychologydegree.usc.edu/blog/to-multitask-or-not-to-multitask/

11. Why boredom is keeping you unhealthy (2016) Jenny Cook https://www.netdoctor.co.uk/healthy-eating/news/a26427/boredom-leads-to-snacking/

5 gedachten over “Gamen en ADHD zelfmedicatie van ons brein?

  1. Fijn en helder artikel.

    Het enige wat bij mij nog niet wil landen is deze verklaring:
    “Verveling is een bijverschijnsel van het zelfde mechanisme. Als de motivatie (dopamine?) ontbreekt ligt verveling veel sneller op de loer. Verveling maakt dat het brein aan de bel trekt en naar oplossingen zoekt, om dopamine weer aan te vullen (dus bv. te gaan gamen?). Dat leidt tot een piek aan dopamine, gevolgd door een dip (als je stopt met gamen?) en zo is de cirkel rond. ”

    Kun je laten onderzoeken of je een dopaminetekort hebt? En hoe je prefontale cortex functioneert?
    Je kunt bv ADHD hebben of autisme en last hebben van uitstel, maar bv niet verslavingsgevoelig zijn. Uitstelgedrag kan wellicht meerdere oorzaken hebben. Niet alle mensen met een autistisch brein of met ADHD zijn verslavingsgevoelig; is bekend wat uiteindelijk de verslavingsgevoeligheid veroorzaakt? Wellicht genen onder andere?

    1. Je kunt wel globaal onderzoeken of een een tekort aan dopamine is, wil je echter weten welk hersengebied te weinig dopamine heeft kun je dat of uitvragen (een tekort aan dopamine leidt tot bepaald gedrag: bijvoorbeeld dopamine tekort in de prefrontale cortex leidt tot minder motivatie, slecht kunnen plannen, dingen moeilijk kunnen afmaken, consequenties niet overzien) maar je kunt ook verslavingsgevoelig zijn door een serotonine tekort of GABA tekort dan uit zich de verslaving anders. Middels Spectscans (alleen in Amerika) of een qEEG kun je het ook in beeld brengen. Verslavingsgevoeligheid is mijns inziens een combinatie van epigenetische gevoeligheid (geen genafwijking) en gezondheid van het brein (ADHD, autisme, angst of depressie kunnen gevoeliger voor verslaving maken omdat sommige gebieden in het brein niet optimaal functioneren) maar ook hersenschudding kan tot verslavingsgevoeligheid leiden, gecombineerd met omgeving (hoeveel triggers zijn, er hoe is de voeding, de sociale omgeving, de veiligheid, toxische stoffen). Groei je in “gezonde” omgeving op waar deze triggers er niet zijn hoeft dat niet tot uiting te komen. Om van de verslaving af te kunnen komen moeten ook de hersenen worden verbeterd anders moet veel met een sterke wil op worden gelost en die werkt juist niet.

  2. Wat bij mij speelt is dat dopamine etc onregelmatig worden afgegeven. Als ik ga hardlopen knalt het door mijn kop, of als ik aan het zingen ben in de auto. Soms meer, soms minder en soms is het niet te volgen waarom. Kan in een gesprek plaatsvinden en dan word ik erg enthousiast. Stel ik geen vragen meer of vergeet ik te knipperen met m’n ogen 🙂 mijn zicht veld is 180 graden soms 360 lijkt het. Ik zie alles en absorbeer alles. Alleen in een gesprek kan ik er de aandacht niet bij houden. Of tafeltjes leren op school… Het analytisch vermogen en het leggen van kruisverbanden is opvallend goed, net als de creativiteit. Emoties zijn blijvend en tijd heelt wonden maar een beetje. Er is altijd sprake van energie, jeugdigheid en de behoefte om nieuwe dingen te doen en leren. Verslavingsgevoelig ben ik niet omdat ik heb geleerd nee te zeggen. Als je echter geen medicatie hebt is het risico dat je onbewust jezelf gaat vervullen met overdadig sporten, eten of telkens een paar drankjes teveel (met alle gevolgen van dien).

    Voorheen zeer goed in ruimtelijk inzicht, taal, rekenen, schatten etc. Zeer slecht qua korte termijn geheugen en concentratie. Sinds ik ritalin gebruik is dat ook onder controle en ligt de wereld aan mijn voeten. Ook omdat de informatie verwerking nu meer regulier is.
    Tot slot is het met enige regelmaat wel een beetje vermoeiend en heb ik vaat bij stabiliteit.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Schuiven naar boven